Zacharia 4:11-14 Statenvertaling (SV1750)

11. Verder antwoordde ik, en zeide tot Hem: Wat zijn die twee olijfbomen, ter rechterzijde des kandelaars, en aan zijn linkerzijde?

12. En andermaal antwoordende, zo zeide ik tot Hem: Wat zijn die twee takjes der olijfbomen, welke in de twee gouden kruiken zijn, die goud van zich gieten?

13. En Hij sprak tot mij, zeggende: Weet gij niet, wat deze zijn? En ik zeide: Neen, mijn Heere!

14. Toen zeide Hij: Deze zijn de twee olietakken, welke voor den Heere der ganse aarde staan.

Zacharia 4