Spreuken 8:4-8 Statenvertaling (SV1750)

4. Tot u, o mannen! roep Ik, en Mijn stem is tot de mensenkinderen.

5. Gij slechten! verstaat kloekzinnigheid, en gij zotten! verstaat met het hart.

6. Hoort, want ik zal vorstelijke dingen spreken, en de opening Mijner lippen zal enkel billijkheid zijn.

7. Want Mijn gehemelte zal de waarheid bedachtelijk uitspreken, en de goddeloosheid is Mijn lippen een gruwel.

8. Al de redenen Mijns monds zijn in gerechtigheid; er is niets verdraaids, noch verkeerds in.

Spreuken 8