Spreuken 4:1-5 Statenvertaling (SV1750)

1. Hoort, gij kinderen! de tucht des vaders, en merkt op, om verstand te weten.

2. Dewijl ik ulieden goede leer geve, verlaat mijn wet niet.

3. Want ik was mijns vaders zoon, teder, en een enige voor het aangezicht mijner moeder.

4. Hij nu leerde mij, en zeide tot mij: Uw hart houde mijn woorden vast, onderhoud mijn geboden, en leef.

5. Verkrijg wijsheid, verkrijg verstand; vergeet niet, en wijk niet van de redenen mijns monds.

Spreuken 4