15. Goud is er, en menigte van robijnen; maar de lippen de wetenschap zijn een kostelijk kleinood.
16. Als iemand voor een vreemde borg geworden is, neem zijn kleed; en pand hem voor de onbekenden.
17. Het brood der leugen is den mens zoet; maar daarna zal zijn mond vol van zandsteentjes worden.
18. Elke gedachte wordt door raad bevestigd, daarom voer oorlog met wijze raadslagen.