Psalmen 91:10-13 Statenvertaling (SV1750)

10. U zal geen kwaad wedervaren, en geen plage zal uw tent naderen.

11. Want Hij zal Zijn engelen van u bevelen, dat zij u bewaren in al uw wegen.

12. Zij zullen u op de handen dragen, opdat gij uw voet aan geen steen stoot.

13. Op den fellen leeuw en de adder zult gij treden, gij zult den jongen leeuw en den draak vertreden.

Psalmen 91