Lukas 4:26-32 Statenvertaling (SV1750)

26. En tot geen van haar werd Elias gezonden, dan naar Sarepta Sidonis, tot een vrouw, die weduwe was.

27. En er waren vele melaatsen in Israel, ten tijde van den profeet Elisa; en geen van hen werd gereinigd, dan Naaman, de Syrier.

28. En zij werden allen in de synagoge met toorn vervuld, als zij dit hoorden.

29. En opstaande, wierpen zij Hem uit, buiten de stad, en leidden Hem op den top des bergs, op denwelken hun stad gebouwd was, om Hem van de steilte af te werpen.

30. Maar Hij, door het midden van hen doorgegaan zijnde, ging weg.

31. En Hij kwam af te Kapernaum, een stad van Galilea, en leerde hen op de sabbatdagen.

32. En zij versloegen zich over Zijn leer, want Zijn woord was met macht.

Lukas 4