Leviticus 19:1-6 Statenvertaling (SV1750)

1. Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:

2. Spreek tot de ganse vergadering der kinderen Israels, en zeg tot hen: Gij zult heilig zijn, want Ik, de HEERE, uw God, ben heilig!

3. Want ieder zal zijn moeder en zijn vader vrezen, en Mijn sabbatten houden; Ik ben de HEERE, uw God!

4. Gij zult u tot de afgoden niet keren, en u geen gegoten goden maken; Ik ben de HEERE, uw God!

5. En wanneer gij een dankoffer den HEERE offeren zult, naar uw welgevallen zult gij dat offeren.

6. Op den dag van uw offeren, en des anderen daags, zal het gegeten worden; maar wat tot op den derden dag overblijft zal met vuur verbrand worden.

Leviticus 19