Leviticus 18:22-24 Statenvertaling (SV1750)

22. Bij een manspersoon zult gij niet liggen met vrouwelijke bijligging; dit is een gruwel.

23. Insgelijks zult gij bij geen beest liggen, om daarmede onrein te worden; een vrouw zal ook niet staan voor een beest, om daarmede te doen te hebben; het is een gruwelijke vermenging.

24. Verontreinigt u niet met enige van deze; want de heidenen, die Ik van uw aangezicht uitwerpe, zijn met alle deze verontreinigd;

Leviticus 18