12. Maar het veld der stad en haar dorpen, gaven zij aan Kaleb, den zoon van Jefunne, tot zijn bezitting.
13. Alzo gaven zij aan de kinderen van den priester Aaron de vrijstad des doodslagers, Hebron en haar voorsteden, en Libna en haar voorsteden;
14. En Jatthir en haar voorsteden, en Esthemoa en haar voorsteden;
15. En Holon en haar voorsteden, en Debir en haar voorsteden;