1. Daarna ging het tweede lot uit voor Simeon, voor den stam der kinderen van Simeon, naar hun huisgezinnen; en hun erfdeel was in het midden van het erfdeel der kinderen van Juda.
2. En zij hadden in hun erfdeel: Beer-seba, en Seba, en Molada,
3. En Hazar-sual, en Bala, en Azem,
4. En Eltholad, en Bethul, en Horma,