Job 30:14-17 Statenvertaling (SV1750)

14. Zij komen aan, als door een wijde breuk; onder de verwoesting rollen zij zich aan.

15. Men is met verschrikkingen tegen mij gekeerd; elk een vervolgt als een wind mijn edele ziel, en mijn heil is als een wolk voorbijgegaan.

16. Daarom stort zich nu mijn ziel in mij uit; de dagen des druks grijpen mij aan.

17. Des nachts doorboort Hij mijn beenderen in mij, en mijn polsaderen rusten niet.

Job 30