Job 21:15-18 Statenvertaling (SV1750)

15. Wat is de Almachtige, dat wij Hem zouden dienen? En wat baat zullen wij hebben, dat wij Hem aanlopen zouden?

16. Doch ziet, hun goed is niet in hun hand; de raad der goddelozen is verre van mij.

17. Hoe dikwijls geschiedt het, dat de lamp der goddelozen uitgeblust wordt, en hun verderf hun overkomt; dat God hun smarten uitdeelt in Zijn toorn!

18. Dat zij gelijk stro worden voor den wind, en gelijk kaf, dat de wervelwind wegsteelt;

Job 21