Jesaja 3:19-22 Statenvertaling (SV1750)

19. De reukdoosjes, en de kleine ketentjes, en de glinsterende kledingen,

20. De hoofdkroning, en de armversierselen, en de bindselen, en de reukballetjes, en de oorringen,

21. De ringen en de voorhoofdsierselen,

22. De wisselklederen, en de manteltjes, en de hoedjes, en de buidels,

Jesaja 3