Hosea 13:4-7 Statenvertaling (SV1750)

4. Ik ben toch de HEERE, uw God, van Egypteland af; daarom zoudt gij geen God kennen dan Mij alleen, want er is geen Heiland dan Ik.

5. Ik heb u gekend in de woestijn, in een zeer heet land.

6. Daarna zijn zij, naardat hunlieder weide was, zat geworden; als zij zat zijn geworden, heeft zich hun hart verheven; daarom hebben zij Mij vergeten.

7. Dies werd Ik hun als een felle leeuw; als een luipaard loerde Ik op den weg.

Hosea 13