Genesis 49:31-33 Statenvertaling (SV1750)

31. Aldaar hebben zij Abraham begraven, en Sara, zijn huisvrouw; daar hebben zij Izak begraven, en Rebekka, zijn huisvrouw; en daar heb ik Lea begraven.

32. De akker, en de spelonk, die daarin is, is gekocht van de zonen Heths.

33. Als Jakob voleind had aan zijn zonen bevelen te geven, zo leide hij zijn voeten samen op het bed, en hij gaf den geest, en hij werd verzameld tot zijn volken.

Genesis 49