Genesis 49:19-25 Statenvertaling (SV1750)

19. Aangaande Gad, een bende zal hem aanvallen; maar hij zal haar aanvallen in het einde.

20. Van Aser, zijn brood zal vet zijn; en hij zal koninklijke lekkernijen leveren.

21. Nafthali is een losgelaten hinde; hij geeft schone woorden.

22. Jozef is een vruchtbare tak, een vruchtbare tak aan een fontein; elk der takken loopt over den muur.

23. De schutters hebben hem wel bitterheid aangedaan, en beschoten, en hem gehaat;

24. Maar zijn boog is in stijvigheid gebleven, en de armen zijner handen zijn gesterkt geworden, door de handen van den Machtige Jakobs; daarvan is hij een herder, een steen Israels;

25. Van uws vaders God, Die u zal helpen, en van den Almachtige, Die u zal zegenen, met zegeningen des hemels van boven, met zegeningen des afgronds, die daaronder ligt, met zegeningen der borsten en der baarmoeder!

Genesis 49