Ezra 2:43-48 Statenvertaling (SV1750)

43. De Nethinim. De kinderen van Ziha, de kinderen van Hasufa, de kinderen van Tabbaoth;

44. De kinderen van Keros, de kinderen van Siaha, de kinderen van Padon;

45. De kinderen van Lebana, de kinderen van Hagaba, de kinderen van Akkub;

46. De kinderen van Hagab, de kinderen van Samlai, de kinderen van Hanan;

47. De kinderen van Giddel, de kinderen van Gahar, de kinderen van Reaja;

48. De kinderen van Rezin, de kinderen van Nekoda, de kinderen van Gazzam;

Ezra 2