Ezra 10:39-44 Statenvertaling (SV1750)

39. En Selemja, en Nathan, en Adaja,

40. Machnadbai, Sasai, Sarai,

41. Azareel, Selemja, Semarja,

42. Sallum, Amarja, Jozef.

43. Van de kinderen van Nebo: Jeiel, Mattithja, Zabad, Zebina, Jaddai, en Joel, Benaja.

44. Alle dezen hadden vreemde vrouwen genomen; en sommigen van hen hadden vrouwen, waarbij zij kinderen gekregen hadden.

Ezra 10