Ezechiël 20:7 Statenvertaling (SV1750)

En Ik zeide tot hen: Een ieder werpe de verfoeiselen zijner ogen weg; en verontreinigt ulieden niet met de drekgoden van Egypte; Ik, de HEERE, ben uw God.

Ezechiël 20

Ezechiël 20:5-17