6. Gij hebt hen tranenbrood doen eten,hen tranen doen drinken in overvloed.
7. Gij hebt ons tot een twistappel voor onze naburen gesteld,en onze vijanden bespotten ons.
8. O God der heerscharen, herstel ons,doe uw aanschijn lichten, opdat wij verlost worden.
9. Gij hebt een wijnstok uit Egypte uitgegraven,Gij hebt volken verdreven en hèm geplant.