3. O God, Gij hebt ons verstoten, Gij hebt ons verbroken,Gij zijt verbolgen geweest; herstel ons!
4. Gij hebt het land doen beven en barsten;heel zijn scheuren, want het wankelt.
5. Gij hebt uw volk harde dingen doen zien,Gij hebt ons bedwelmende wijn doen drinken.
6. Gij hebt hun die U vrezen, een banier gegeven,om zich bijeen te scharen vanwege de boogschutters, sela
7. opdat uw geliefden ten strijde toegerust zijn.Geef overwinning door uw rechterhand en antwoord ons.