1. Voor de koorleider. Van de Korachieten. Een psalm.
2. Hoort dit, alle gij volken,neemt ter ore, alle bewoners der wereld,
3. zowel geringen als aanzienlijken,rijken en armen tezamen.
4. Mijn mond zal enkel wijsheid spreken,de overdenking van mijn hart is louter inzicht.
5. Ik zal mijn oor tot een spreuk neigen,mijn geheimenis bij de citer ontsluieren.
6. Waarom zou ik vrezen in dagen des kwaads,als de ongerechtigheid van mijn belagers mij omringt;
7. van hen, die op hun vermogen vertrouwen,en op hun grote rijkdommen zich beroemen?
8. Niemand kan ooit een broeder loskopen,noch Gode zijn losprijs betalen,