Psalmen 42:3-5 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

3. Mijn ziel dorst naar God,naar de levende God;wanneer zal ik komenen voor Gods aangezicht verschijnen?

4. Mijn tranen zijn mij tot spijzedag en nacht,daar men de ganse dag tot mij zegt:Waar is uw God?

5. Hieraan wil ik denkenen mijn ziel in mij uitstorten:hoe ik optrok in de dichte drom,voor hen uit schreed naar Gods huis,bij jubelklank en lofgezang –een feestvierende menigte.

Psalmen 42