Psalmen 40:13-16 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

13. Want rampen omgeven mij, zonder getal;mijn ongerechtigheden hebben mij achterhaald,ik kan ze niet overzien;zij zijn talrijker dan de haren van mijn hoofd,en mijn hart is mij ontzonken.

14. Het behage U, Here, mij te redden; Here, haast U mij ter hulpe.

15. Laten tezamen beschaamd en schaamrood worden,wie mij het leven zoeken te benemen;terugdeinzen en te schande worden,wie mijn onheil begeren.

16. Laten verstommen van schaamte,wie over mij roepen: Ha, ha!

Psalmen 40