Psalmen 31:12-16 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

12. Voor allen die mij benauwen, ben ik tot een smaad geworden,voor mijn buren allermeest,en voor mijn bekenden tot een schrik;wie mij op straat zien, vluchten voor mij weg.

13. Vergeten ben ik, uit het hart, als een dode;ik ben geworden als gebroken vaatwerk.

14. Want ik hoor het gemompel van velen– schrik van rondom –;terwijl zij met elkander tegen mij beraadslagen,smeden zij plannen om mij het leven te benemen.

15. Maar ik vertrouw op U, Here,ik zeg: Gij zijt mijn God.

16. Mijn tijden zijn in uw hand, red mijuit de hand van mijn vijanden en vervolgers.

Psalmen 31