Psalmen 21:7-13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

7. want Gij maakt hem rijk gezegend voor immer.Gij overstelpt hem met blijdschap voor uw aangezicht.

8. Want de koning vertrouwt op de Hereen door de goedertierenheid des Allerhoogstenwankelt hij niet.

9. Uw hand zal al uw vijanden vinden,uw rechterhand zal uw haters vinden.

10. Gij zult hen maken als een vurige oventen tijde dat Gij verschijnt, o Here.In zijn toorn zal Hij hen verslinden,en het vuur zal hen verteren;

11. hun kroost zult Gij van de aarde verdelgenen hun nageslacht uit de mensenkinderen.

12. Als zij onheil over u willen brengen,boze plannen beramen, vermogen zij niets.

13. Ja, Gij zult hen de rug doen keren,met de pees van uw boog legt Gij aan op hun gelaat.

Psalmen 21