Psalmen 119:60-68 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

60. Ik haast mij en aarzel nietom uw geboden te onderhouden.

61. Hoewel strikken der goddelozen mij omgeven,ik vergeet uw wet niet.

62. Te middernacht sta ik op om U te lovenwegens uw rechtvaardige verordeningen.

63. Ik ben een metgezel van allen die U vrezen,en van hen die uw bevelen onderhouden.

64. De aarde is vervuld van uw goedertierenheid, o Here,leer mij uw inzettingen.

65. Gij hebt goedgedaan aan uw knecht,o Here, naar uw woord.

66. Leer mij goed onderscheiden en kennen,want ik stel vertrouwen in uw geboden.

67. Eer ik verdrukt werd, dwaalde ik,maar nu onderhoud ik uw woord.

68. Gij zijt goed en goeddoende,leer mij uw inzettingen.

Psalmen 119