Prediker 2:1-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Ik zeide tot mijzelf: Welaan, ik wil u op de proef stellen door vreugde, verlustig u dus in het goede. Maar zie, ook dit is ijdelheid.

2. Van het lachen moest ik zeggen: Het is dwaas; en van de vreugde: Wat werkt zij uit?

3. Ik stelde bij mijzelf een onderzoek in door mijn lichaam met wijn te verkwikken – terwijl mijn geest de leiding behield door de wijsheid – en het onverstand aan te hangen, totdat ik zou ontwaren, wat de mensenkinderen het beste kunnen doen onder de hemel gedurende de weinige dagen van hun leven.

4. Ik deed grote dingen: ik bouwde huizen, plantte wijngaarden,

Prediker 2