59. En Jozef nam het lichaam en wikkelde het in zuiver linnen,
60. en hij legde het in zijn nieuw graf, dat hij in de rots had laten uithouwen, en na een grote steen voor de ingang van het graf te hebben gewenteld, ging hij heen.
61. En daar waren Maria van Magdala en de andere Maria, gezeten tegenover het graf.
62. De volgende dag, dat is na de Voorbereiding, kwamen de overpriesters en de Farizeeën gezamenlijk tot Pilatus,
63. en zij zeiden: Heer, wij hebben ons herinnerd, dat die verleider bij zijn leven gezegd heeft: Na drie dagen word Ik opgewekt.