Marcus 10:10-16 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

10. En thuis vroegen de discipelen Hem weder naar die zaak.

11. En Hij zeide tot hen: Wie zijn vrouw wegzendt en een andere trouwt, pleegt echtbreuk ten opzichte van haar;

12. en indien zij haar man verlaat en een ander trouwt, pleegt zij echtbreuk.

13. En zij brachten de kinderen tot Hem, opdat Hij ze zou aanraken; doch de discipelen bestraften hen.

14. Toen Jezus dat zag, nam Hij het zeer kwalijk en zeide tot hen: Laat de kinderen tot Mij komen, verhindert ze niet; want voor zodanigen is het Koninkrijk Gods.

15. Voorwaar, Ik zeg u: Wie het Koninkrijk Gods niet ontvangt als een kind, zal het voorzeker niet binnengaan.

16. En Hij omarmde ze en hun de handen opleggende, zegende Hij ze.

Marcus 10