56. Zij zochten dan naar Jezus en spraken onder elkander, terwijl zij in de tempel stonden: Wat dunkt u? Zou Hij wel op het feest komen?
57. De overpriesters en de Farizeeën nu hadden voorschriften gegeven, dat, indien iemand wist, waar Hij zich bevond, hij het zou aangeven, opdat zij Hem konden grijpen.