Job 39:26-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

26. Boven hem rinkelt de pijlkoker,flikkeren lans en speer;

27. onstuimig en wild verslindt het de bodemen is niet te houden als de hoorn klinkt;

28. het hinnikt, zo vaak de hoorn wordt geblazenen reeds van verre ruikt het de strijd,het geroep der aanvoerders en het krijgsgeschreeuw.

29. Is het door uw inzicht, dat de valk vliegt,zijn vleugels uitslaat naar het zuiden?

30. Is het op uw bevel, dat de gier zich verheften zijn nest in de hoogte bouwt,

Job 39