Jesaja 47:11 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

Maar u overkomt een onheil, dat gij niet weet te bezweren; u overvalt een verderf, dat gij niet vermoogt te verzoenen; u overkomt plotseling een verwoesting, waarvan gij geen vermoeden hadt.

Jesaja 47

Jesaja 47:3-14