4. En Ik zal Egypte overgeven in de macht van een hardvochtig heer, en een gestreng koning zal daarover heersen, luidt het woord van de Here, de Here der heerscharen.
5. Dan zal het water uit de zee verdrogen en de rivier zal drooglopen en opdrogen,
6. zodat de rivieren stinken, de Nijlarmen van Egypte leeglopen en droog worden, riet en biezen verwelken.
7. De vlakte langs de oevers van de Nijl, en alles wat bij de Nijl gezaaid is, verdroogt, verwaait en is niet meer.
8. De vissers zullen zuchten en treuren, allen die de angel in de Nijl uitwerpen; zij die het net over het water uitspannen, zullen verkwijnen.