13. Toen gaf ik Baruch in hun tegenwoordigheid deze opdracht:
14. Zo zegt de Here der heerscharen, de God van Israël: Neem deze brieven, deze koopbrief, zowel de verzegelde als deze open brief, en leg ze in een aarden vat, opdat zij lange tijd bewaard blijven;
15. want zo zegt de Here der heerscharen, de God van Israël: Er zullen weer huizen, akkers en wijngaarden gekocht worden in dit land.
16. Toen bad ik tot de Here, nadat ik de koopbrief aan Baruch, de zoon van Neria, gegeven had: