Genesis 32:12-14 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

12. Gij toch hebt gezegd: Ik zal u zeker weldoen en uw nageslacht maken als het zand der zee, dat wegens de menigte niet geteld kan worden.

13. En hij bleef daar die nacht over.Toen nam hij van hetgeen hij verworven had een geschenk voor zijn broeder Esau:

14. tweehonderd geiten en twintig bokken, tweehonderd ooien en twintig rammen,

Genesis 32