13. Want gij zijt geroepen, broeders, om vrij te zijn; (gebruikt) echter die vrijheid niet als een aanleiding voor het vlees, maar dient elkander door de liefde.
14. Want de gehele wet is in één woord vervuld, in dit: gij zult uw naaste liefhebben als uzelf.
15. Indien gij echter elkander bijt en vereet, ziet dan toe, dat gij niet door elkander verslonden wordt.
16. Dit bedoel ik: wandelt door de Geest en voldoet niet aan het begeren van het vlees.