62. Ik zal mijn verbond met u oprichten; en gij zult weten, dat Ik de Here ben,
63. opdat gij de herinnering bewaart en u schaamt en gij wegens uw schande uw mond niet meer opendoet – wanneer Ik voor u verzoening doe voor alles wat gij gedaan hebt, luidt het woord van de Here Here.