Exodus 34:7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

die goedertierenheid bestendigt aan duizenden, die ongerechtigheid, overtreding en zonde vergeeft; maar (de schuldige) houdt Hij zeker niet onschuldig, de ongerechtigheid der vaderen bezoekende aan kinderen en kindskinderen, aan het derde en vierde geslacht.

Exodus 34

Exodus 34:1-11