9. En Jetro verheugde zich over al het goede dat de Here aan Israël gedaan had, dat Hij het uit de macht der Egyptenaren had gered.
10. En Jetro zeide: Geprezen zij de Here, die u gered heeft uit de macht der Egyptenaren en van Farao.
11. Nu weet ik, dat de Here groter is dan alle goden; want Hij heeft het volk uit de macht der Egyptenaren gered, omdat dezen overmoedig tegen hen waren opgetreden.
12. En Jetro, de schoonvader van Mozes, nam een brandoffer en slachtoffers voor God; en Aäron en alle oudsten van Israël kwamen om met de schoonvader van Mozes voor het aangezicht van God maaltijd te houden.