4. En Mozes zeide: Zó zegt de Here: te middernacht ga Ik door het midden van Egypte.
5. Dan zal iedere eerstgeborene in het land Egypte sterven, van de eerstgeborene van Farao, die op zijn troon zou zitten, tot de eerstgeborene van de slavin achter de handmolen, ook alle eerstgeborenen van het vee.
6. En er zal een luid gejammer zijn in het gehele land Egypte, zoals er nooit is geweest en zoals er nooit meer zal zijn.
7. Maar tegen niemand van de Israëlieten zal een hond zijn tong durven roeren, tegen mens noch dier, opdat gij weet, dat de Here scheiding maakt tussen de Egyptenaren en de Israëlieten.