13. maar als dat alles door het licht ontmaskerd wordt, komt het aan de dag; want al wat aan de dag komt is licht.
14. Daarom heet het:Ontwaak, gij die slaapt, en sta op uit de doden, en Christus zal over u lichten.
15. Ziet dus nauwlettend toe, hoe gij wandelt, niet als onwijzen, doch als wijzen,
16. u de gelegenheid ten nutte makende, want de dagen zijn kwaad.
17. Weest daarom niet onverstandig, maar tracht te verstaan, wat de wil des Heren is.
18. En bedrinkt u niet aan wijn, waarin bandeloosheid is, maar wordt vervuld met de Geest,