Deuteronomium 12:3 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

Gij zult hun altaren afbreken, hun gewijde stenen verbrijzelen, hun gewijde palen met vuur verbranden, de gesneden beelden van hun goden omhouwen en hun naam van die plaats doen verdwijnen.

Deuteronomium 12

Deuteronomium 12:1-7