Daniël 6:9-11 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

9. Vaardig dan nu, o koning, dat verbod uit en schrijf een bevelschrift, dat onveranderlijk is, naar de wet der Meden en Perzen, die niet kan worden herroepen.

10. Dus schreef koning Darius dat bevelschrift met dat verbod.

11. Zodra Daniël vernomen had, dat het bevelschrift geschreven was, ging hij naar zijn huis; nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters aan de kant van Jeruzalem; en driemaal daags boog hij zich neder op zijn knieën en bad en loofde zijn God, juist zoals hij dat tevoren placht te doen.

Daniël 6