2 Kronieken 31:11-13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

11. Daarop beval Jechizkia vertrekken in te richten in het huis des Heren, en men richtte ze in.

12. Trouw bracht men de heffingen, de tienden en de heilige dingen. Het oppertoezicht daarover had de Leviet Konanjahu, en zijn broeder Simi als tweede,

13. terwijl Jechiël, Azazjahu, Nachat, Asaël, Jerimot, Jozabad, Eliël, Jismakjahu, Machat en Benaja opzieners waren in opdracht van Konanjahu en van zijn broeder Simi, volgens bevel van koning Jechizkia en van Azarja, de overste van het huis Gods.

2 Kronieken 31