2 Koningen 4:31-33 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

31. Gechazi nu was voor hen uitgegaan en had de staf op het gelaat van de knaap gelegd; maar er kwam geen geluid en geen levensteken; toen keerde hij terug, hem tegemoet en berichtte hem: De jongen is niet ontwaakt.

32. Daarna kwam Elisa het huis binnen en zie, daar lag de jongen dood op zijn bed.

33. Toen Elisa binnengegaan was, sloot hij de deur achter hen beiden en bad tot de Here.

2 Koningen 4