1 Samuël 2:17-19 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

17. Zo was de zonde van die jonge mannen zeer groot voor het aangezicht des Heren, want de mensen gingen het offer des Heren gering achten.

18. Samuël nu diende voor het aangezicht des Heren, een jongen, met een linnen lijfrok omgord.

19. Zijn moeder was gewoon een kleine mantel voor hem te maken, en zij bracht hem die van jaar tot jaar, als zij met haar man ging om het jaarlijkse slachtoffer te brengen.

1 Samuël 2