1 Kronieken 26:2-7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

2. Van Meselemja de zonen: de eerstgeborene Zekarja, de tweede Jediaël, de derde Zebadja, de vierde Jatniël,

3. de vijfde Elam, de zesde Jochanan, de zevende Eljoënai.

4. Van Obed-Edom de zonen: de eerstgeborene Semaja, de tweede Jozabad, de derde Joach, de vierde Sakar, de vijfde Netanel,

5. de zesde Ammiël, de zevende Issakar, de achtste Peülletai; want God had hem gezegend.

6. Aan zijn zoon Semaja werden zonen geboren, die regeerden over hun familie, want zij waren dappere helden.

7. De zonen van Semaja waren Otni, Refaël, Obed, Elzabad met zijn broeders, kloeke mannen, Elihu en Semakjahu.

1 Kronieken 26