1 Koningen 4:9-16 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

9. Ben-Deker in Makas, Saälbim, Bet-Semes en Elon-Bet-Chanan;

10. Ben-Chesed in Arubbot, hij had Soko en het gehele land Chefer;

11. Ben-Abinadab: de gehele heuvelstreek van Dor; Salomo’s dochter Tafat had hij tot vrouw;

12. Baäna, de zoon van Achilud: Taänak, Megiddo en geheel Bet-Sean, dat naast Saretan is, beneden Jizreël, van Bet-San tot Abel-Mechola, tot aan gene zijde van Jokmeam;

13. Ben-Geber te Ramot in Gilead; hij had de dorpen van Jaïr, de zoon van Manasse, in Gilead, hij had de streek van Argob in Basan, zestig grote steden met muren en koperen grendels;

14. Achinadab, de zoon van Iddo, te Machanaïm;

15. Achimaäs in Naftali; ook hij had een dochter van Salomo, Basemat, tot vrouw genomen;

16. Baäna, de zoon van Chusai, in Aser en Alot;

1 Koningen 4