21. Dat was het laatste dat ze ooit van Hem zagen. Manoah was de eerste die besefte dat het de Engel van de Here was geweest.
22. ‘Wij zullen sterven,’ riep hij tegen zijn vrouw, ‘want we hebben God gezien!’
23. Maar zijn vrouw zei: ‘Als de Here ons had willen doden, zou Hij ons brandoffer en ons spijsoffer niet hebben geaccepteerd en niet aan ons zijn verschenen of ons deze geweldige belofte hebben gegeven en deze wonderen hebben gedaan.’
24. Toen hun zoon werd geboren, noemden zij hem Simson. De jongen groeide op onder de zegen van de Here.
25. En de Geest van de Here leidde hem steeds weer naar het legerkamp van Dan tussen de steden Zora en Estaol.